dinsdag 23 februari 2010

Droge dromen

In navolging van het KRO-programma ‘Puberruil’, waarin twee pubers met totaal verschillende achtergronden hun levens een tijdje ruilen, lijkt het me een uitdaging mijn leven eens te verwisselen met dat van een geheel andere vrouw. Na wat gebrainstorm over geschikte kandidaten voor een interessant ruilleven, drong ze zich onverwacht via de televisie aan mij op: Tatjana Simic. Je kent haar vast wel, bijvoorbeeld als Oost-Europadeskundige bij het Nationaal Songfestival.

De inmiddels 46-jarigeTatjana is een veelzijdige vrouw; ze is model, zangeres en actrice. En wie kent niet haar inmiddels legendarische woorden : “Buurman, wat doet u nú?!” Verder heeft ze door middel van weinig-verhullende kalenderplaatjes en Playboyfoto’s de hele huidige dertiger- en veertigergeneratie mannen prille natte dromen bezorgd. Mocht er nu nóg geen lichtje of zo bij je opgaan, dan adviseer ik je even te googlen. Juist ja, dié Tatjana dus; die van die miljonair.

Al is Tatjana een vrouw van weinig woorden gebleken, zie ik haar wel een intrede doen in mijn leven als juf. Naast het feit dat het een flinke boost is voor het zelfvertrouwen van kinderen om eens slimmer te kunnen zijn dan de juf, brengt zij exclusieve kennis van bepaalde zaken mee. Deze rondborstige vamp zal bijvoorbeeld de kinderen, in het bijzonder de jongetjes, op onnavolgbare wijze de tafel van twee kunnen aanleren. En wie zal de jeugd, waarvan de ingevroren hormoontjes deze lente weer langzaamaan tot fladderen komen, beter kunnen onderwijzen over het genieten van de bloemetjes en de streken van ondeugende bijtjes? Het is tenslotte bewezen dat we het meest leren van zelf doen en ervaren. Een exclusieve ouderavond behoort overigens ook tot haar mogelijkheden.

Ik hoop dat ik me zonder al teveel problemen haar leven als diva zal kunnen aanmeten. Waarschijnlijk zal ik moeten wennen aan het feit dat boezemvrienden mij steeds in meervoud en op borsthoogte aanspreken. Maar ik kijk nu al reikhalzend uit naar een financiële carte blanche in de PC. En natuurlijk naar de ritjes in mijn cabrio-whatever, bijvoorbeeld naar het huiselijke stulpje in Brasschaat. Bepakt en bezakt.

Toch voorzie ik een domper op de feestvreugde wanneer ik daar aankom. Het is tenslotte onvermijdelijk dat ik dan geconfronteerd zal worden met Ronnie. Ik knijp ‘m nu al als ik denk aan zijn gefronste gelaat met het zure lachje. Gaat hij me vertellen dat voor mij dezelfde regels gelden als voor zijn Tatje? “Ik deel wat van mijn geld, mijn huis en mijn status met je, in ruil daarvoor hoef jij alleen maar wat met je kontje te schudden, niets meer en niets minder. ” Ik las namelijk laatst bij de kapper dat hij deze woorden werkelijk tot zijn aanstaande heeft uitgesproken. Tatjana dacht aanvankelijk dat het een grapje was, maar ik weet nu beter. Zo zijn daar blijkbaar de verhoudingen, waarschijnlijk bij de notaris vastgelegd en ondertekend. En tot overmaat van ramp is deze gebronsde Ronnie Rich ook nog eens net m’n type niet.

Aan de andere kant hoef ik hem ook weer niet echt te vrezen. De man is 61 jaar. De kans is groot dat hij getroffen is door de meest voorkomende leeftijdsgebonden mannenkwaal. Het enige risico dat ik loop zit hem in de ongetwijfeld aanwezige voorraad erectiestimulerende blauwe pilletjes. Ik denk wel dat ik het wat dat betreft op een akkoordje kan gooien met Tat. Zij zal me maar al te graag vertellen waar de kratten viagra staan als ik haar beloof mijn negligé aan te houden. Tja, en zonder zijn wondermiddel heeft Ronnie weinig meer in te brengen, schat ik zo in. Er zal voor hem niets anders op zitten dan de nacht op een droogje met mij door te brengen. Ik veins natuurlijk nog wel een enorme teleurstelling, om dan in ieder geval zijn ego nog wat op te krikken. Vervolgens droom ik die nacht, tussen zijde en eendendons, mijn mooiste droom. Eén dag als diva…. “ Tat, wanneer gaan we ruilen, schat?”

dinsdag 9 februari 2010

Schoenen maken de man


Daar waar mannen een aangeboren en ondubbelzinnig jachtinstinct hebben, werkt dat bij vrouwen over het algemeen wat genuanceerder. Zij zetten hun sterkst ontwikkelde zintuig subtiel doch doeltreffend in, om het mannelijk schoon te verkennen. Vriendin S. bijvoorbeeld ruikt al op afstand aan een man wat voor vlees ze in de kuip heeft. Mijn reukvermogen is daarentegen wat minder verfijnd en kent slechts 3 varianten: vies, neutraal en té.
Ik ben vooral visueel ingesteld en ik houd van schoenen. Ik heb zelfs paren in de kast staan, waar ik nog geen 500 meter op zou kunnen lopen. Maar alleen al de aanblik, de geur en de wetenschap dat ze in mijn bezit zijn, kan mijn dag mooier kleuren. Het is een bekend gegeven dat veel vrouwen een symbiotische relatie hebben met schoenen, soms zelfs grenzend aan fetisjisme.
Zo’n soort vrouw ben ik dus. Het zal je dan ook niet verbazen dat ik mijn inschatting van mannen voornamelijk baseer op het verhaal dat hun schoeisel mij te vertellen heeft. Ik pretendeer zelfs de meeste mannen te kunnen ‘lezen’ aan de hand van slechts een korte observatie van hun schoenen en eventueel bijbehorende sokken.
Mannenschoenen zijn, vanwege de kledingcode op het werk, vaak gebonden aan nogal conventionele regels. Veel mannen zijn dan ook in het bezit van zowel een paar bruine als een paar zwarte businessschoenen. Ik ben daar zeker geen fan van, maar accepteer het excuus dat ze nu eenmaal onder ‘werkkleding’ vallen.
Maar wat dragen mannen in hun vrije tijd? Laten we daar maar eens naar kijken.
Opbloeiende liefdes zijn in het verleden jammerlijk gestrand, enkel en alleen om bijvoorbeeld de sloffende instappers. Ik verafschuw namelijk schoeisel dat slof- en/of kleppergeluiden maakt. Of wat te denken van een man met loafers, die hoor je juist weer helemaal niet aankomen. Dan heb je sowieso de schijn al tegen.
Het dragen van sokken in sandalen behoeft geen nadere toelichting, evenmin als de man met de funpantoffels.
Een heel ander type man is de designschoenenliefhebber. Vaak betreft dit een man die hoge eisen stelt aan uiterlijk vertoon, al dan niet gepaard met narcistische trekjes. Hij wil net iets te graag tonen dat hij gevoel heeft voor stijl, mode en schoonheid. Ik verwacht hier zeker geen invoelende, betrokken man. En wat dacht je trouwens van de variant ‘zie-hoe-nonchalant-en-avontuurlijk-ik-ben-man’, met lederen teenslippers en kekke boots voor tijdens de koelere periodes. Dat ligt er wel weer erg dik bovenop. Waarschijnlijk wordt dat avond aan avond samen op de bank tv-kijken, met in het weekend als bonus een zakje chips. Dan heb je ook nog de sportievelingen, die wekken de indruk dat ze elk moment de benen kunnen nemen.
En ga zo nog maar even door, elk type schoeisel roept weer wat anders op.
Maar wat is dan nog wel goed, zul je je inmiddels afvragen. Tja, daar wringt nou net de schoen. Ik val namelijk voor de ongecompliceerde man die als vanzelfsprekend matcht met zijn schoenen. Duidelijker kan ik het helaas niet omschrijven. Want heren….het is namelijk intuïtief; oké of niet oké. Je vreesdehet al, op gevóél.
Dames, jullie begrijpen precies wat ik bedoel, hè? Ga daar maar eens aan staan als man zijnde, het is ook niet snel goed. Toch ben ik inmiddels wel wat loyaler geworden ten aanzien van mannelijke miskopen. De mannen hebben het de laatste tijd tenslotte ook zwaar te verduren gehad met ons; overal de aanblik van vrouwen op onooglijke Uggs, Crocs of Birckenstocks. Ik moet toegeven, wat dat betreft zou ik ook weer niet graag in hún schoenen staan!

Netnietslet


Soms kruist een woord mijn pad, waarvan ik het bestaan nog niet wist. Zo kwam onlangs ‘netsletten’ voorbij. Een woord dat mij zowel hevig irriteerde als intrigeerde.
Het feit wil namelijk dat ik regelmatig op het net verkeer. Maar maakt dat gegeven alleen mij al tot een netslet?
Is het een werkwoord of een zelfstandig naamwoord, gá je netsletten of bén je een netslet? Wat betekent het en is het een mannelijk of een vrouwelijk woord, kun je als man ook een netslet zijn? De Dikke van Dale heeft deze noviteit nog niet in zijn woordenlijst opgenomen, maar google biedt gelukkig uitkomst. ‘Netsletten is de praktijk van het agressief streven naar wederzijdse opwinding via het net. In de meeste gevallen gebeurt dit anoniem of onder een schuilnaam. Netslet als zelfstandig naamwoord: een downloadable babe.'
Aah, het begint me te dagen. Het betreft dus netwerkers die met onbekenden hun intiemste verlangens willen delen, ongeacht of de ontvangers daar op zitten te wachten. Mannen en vrouwen die Windows verkiezen boven het echte raam. Keurige dames die hun boeketreeksenkennis aan de man proberen te brengen door zich te verschuilen achter virtuele vamps. Stille wateren die liefde verwarren met parttime viberpassie. Toch?
Stel nu dat ik tot het leger van netsletten zou willen toetreden. Dan moet ik me dus eerst verdiepen in een door mij gewenste cyberidentiteit. Het is wel heel verleidelijk, zo’n fragmentarisch profiel van jezelf neerzetten. Wie zit er ten slotte achter zijn pc te wachten op real life onthullingen van een ochtendhumeur, een extravagante koopverslaving en chronische voetschimmel? Allemaal hypothetisch natuurlijk.
Ik kan me ongestraft presenteren als mooi, jong, goedgeproportioneerd en ondeugend. Een onweerstaanbare combinatie. Het mag dan een feit zijn dat cougars momenteel hot zijn, maar ik maak mij geen illusies dat de aantrekkingskracht tot de groentjes haar levenservaring betreft. Beetje fotoshoppen en een nieuwe cyberbabe is geboren. En dan maar gelijk aan de gang; onbeperkt flirten en flemen op het net. Om me vervolgens te laven aan de enthousiaste en ‘hartverwarmende’ reacties. En zo kan ik er dus gewoon een tweede persoonlijkheid op na houden in een geheim virtueel leven. Daar merkt de buitenwacht niets van, zolang ik fantasie en werkelijkheid maar naar behoren weet te scheiden. Iets voor mij?
Als je als netslet eenmaal op menig harde schijf staat, promoveer je zelfs tot schijfwijf. Dit lijkt me bij nader inzien toch een twijfelachtige eer. Onbekende mannen die dingen met mij kunnen gaan doen, waarvan ik het bestaan niet eens wíl weten. Diverse beelden dringen zich aan mij op en doen mij dieprood kleuren. Ik besluit bij deze om dit spannende surrogaatleven aan mij voorbij te laten gaan. Cybersex mag dan zelfs zonder rubbertje de meest veilige vorm van seks zijn, het blijft behelpen met zo’n muis.
En de voornaamste reden is toch dat ik, degene die voor mij echt het verschil maakt, moet kunnen horen, zien, ruiken, voelen en proeven. Maar dat is vast een generatiekwestie.
Schijfwijf zijn is niets voor mij. Ik ben meer een schrijfwijf.

Deze column staat vanaf 10 februari op fok.nl.