maandag 31 mei 2010

Terug van weggeweest; de oerman


Ik sta in de rij bij de kassa. Achter mij laat iemand een enorme boer. In plaats van door een beschaamd ‘pardon’, wordt deze gevolgd door een voldaan ‘aaaaaagh’. Ik hoef niet eens om te kijken, ik kan het zo wel raden. Daar heb je er weer zo’n woesteling. Terug van weggeweest doet hij in vol ornaat zijn herintrede; de oerman.

De mythe van de oerman dwingt in zekere mate wel respect af; een grote, sterke no-nonsense man die jaagt op bizons en mammoeten om zijn roedel te kunnen onderhouden. Ware het niet dat de werkelijkheid een stuk minder heldhaftig is; ze doodden namelijk vooral oude en zieke mammoeten en verder kleine dieren als hazen en vossen. Deze mannen hielden er verder een nogal bijzonder gevoel van romantiek op na. Met een houten knuppel mepten ze een leuk oervrouwtje op haar kop om haar vervolgens aan haar benen hun grot in te slepen. Decennia later kwamen ze er pas achter dat dit niet de meest efficiënte manier was; als de vrouwen tijdens de eerste date al niet het leven lieten, bleven ze hun leven lang chagrijnig door chronische hoofdpijn.

Mannen hebben vervolgens door de jaren heen al aardig wat metamorfoses ondergaan. En dit alles om tegemoet te komen aan de wensen van de wispelturige vrouw. Tenminste, dat is wat mannen ons willen doen geloven. We zijn het er in ieder geval wel met elkaar over eens geworden dat ook de metroman inmiddels passé is; mannen moeten nog wel wát van hun mannelijkheid behouden.

De man die het momenteel goed doet bij de vrouwen is de zogenaamde überman; hij vertegenwoordigt namelijk het beste uit alle mantypen. Zowel stoer als zacht. De onbehaarde macho. De man die in het café met zijn vrienden over auto’s en voetbal praat, maar vervolgens ook met zijn vriendin een onderhoudend gesprek kan hebben over de positieve effecten van yoga. Hij is zowel het sympathieke luisterende oor als de gevatte groepsentertainer. Een gentleman met een appetijtelijke sixpack. Nou ja, zo kan ik natuurlijk nog wel even doorgaan. Helemaal niks mis mee, vind ik als vrouw zijnde. Tenzij je een man bent en geacht wordt aan deze superman te voldoen. Dat blijkt namelijk niet zomaar voor iedere man te zijn weggelegd. Veel mannen hebben inmiddels dan ook schoon genoeg gekregen van alle verwachtingen en trekken zich steeds vaker terug in hun mannenschulp, de mancave; een plek waar een strikt vrouwenverbod geldt.

En wat er met mannen gebeurt als ze zich weer met elkaar in grotten gaan begeven, laat zich raden. Langzaam maar zeker zie ik het overal om me heen gebeuren. De ‘man der mannen’ staat op. Wilde haren en baarden groeien aan. Wallen en groeven in het gelaat worden demonstratief niet meer weggesmeerd met verzachtende crèmetjes . Mannen nemen het heft in eigen hand; ze maken vanaf nu zelf wel uit wat ze doen. Ze willen weer op vlotten de rivier afzakken, heel veel bier drinken en op jacht gaan. Het met kameraden ongeremd uit kunnen brullen om testosterongestuurde humor. Dobbelen om lieftallige vrouwtjes die ze in hun dromen aan hun enkels het café in trekken. We zijn dus helemaal terug bij af…..de oerman is weer in ons midden.

Hoog tijd voor een serieus vrouwenberaad! Dachten deze mannen nou werkelijk dat geëmancipeerde onafhankelijke vrouwen als wij genoegen gaan nemen met hun evolutie de verkeerde kant op? Uiteindelijk hebben wij het namelijk nog steeds helemaal voor het zeggen. Als wij standvastig bij ons eisenpakket blijven, hebben ze geen andere keus dan tevoorschijn te komen uit hun donkere, stinkende holen. Ze zullen zich weer gaan scheren, met bestek eten en hun boeren leren inhouden. Want zeg nou zelf; we krijgen toch weer massaal hoofdpijn, als déze mannen eenmaal met hun knuppels gaan zwaaien!

dinsdag 11 mei 2010

meisje van 11


Verdwaasd zit ze nu op de bank bij te komen van het festijn dat, om voor mij onduidelijke redenen, ‘slaapfeestje’ heet. 11 jaar is ze geworden. Voor haar verjaardag kreeg ze zowel doosjes playmobiel als diverse beautyartikelen. Van tevoren was ze heel duidelijk geweest; ze wilde geen spelletjes of kinderachtige dingen meer doen op haar feestje. Ook had ze duidelijk haar ideeën uiteengezet over waar kleine zus en grote zus wel of vooral niet bij aanwezig mochten zijn.

En zo geschiedde het. Per ‘limousine’ werden haar vriendinnen een voor een voor de deur afgeleverd. Het feest kon beginnen met taart en cadeautjes. Vervolgens stond er bowlen op het programma. De beheerder van de baan kromp af en toe ineen, als een van de meisjes per abuis de bowlingsport met volleybal verwarde. Ze moedigden elkaar enthousiast aan met hoge gilletjes en nieuwetijdse kreten. Tussen de beurten door werd er wat met de heupen gewiebeld op Nick en Simon. Of werden er haren ingevlochten. Of werden er nieuwe kleren en accessoires van elkaar bewonderd.

Maar na dit actieve intermezzo begon het feest pas echt. De woonkamer werd in mum van tijd omgetoverd tot een achtpersoonsbed, met in het midden een plekje voor de hapjes en de drankjes. De meisjes veranderden zich in nachtprinsesjes, klaar voor de film. Dit jaar geen grappige Disneyfilm meer, natuurlijk. Maar een echte meidenfilm over een twaalfjarige tweeling, alleen op pad in Parijs. Tamelijk onverantwoord overigens, maar dat is mijn mening. Af en toe mocht ik, als moeder zijnde, de ligbioscoop even betreden om de hapjes en de drankjes wat aan te vullen. De film bleek hilarisch, aan de lachsalvo’s te horen.

Daarna moest er natuurlijk uitgebreid gekletst worden. Daar zijn meisjes van 11 goed in. Als de besten zijn ze op de hoogte van de do’s en dont’s op de basisschool. En ze zijn niet bepaald mild in hun oordelen. Je moet natuurlijk wel hip zijn, maar ook weer niet té hip. Dat is beslist not done. Maar een te hippe moeder is helemaal gênant. Jongens komen duidelijk van een andere planeet en betekenen voor deze prepubermeisjes voorlopig nog vooral een bron van ergernis. Tenminste…op een enkeling na dan, die ‘best wel aardig’ is. Tot bijna 3 uur ’s nachts hoor ik het rommelen beneden. Maar dan is alles in rust. Acht dromende meisjes.

De volgende morgen volgt er een uitgebreid ochtendritueel. Wassen, aankleden, haren doen en vooral veel deodorant spuiten. En alle nagels worden gelakt, die ze daarna met een air van echte diva’s weer droog wapperen. Dan schuiven ze, opvallend monter, aan tafel voor het ontbijt. Ze kunnen eten als dijkers, deze meisjes in de groei. Er worden moppen getapt. Sommige op het randje, andere net erover. Want deze meisjes weten echt wel wat ‘doordenken’ is; je weet wel…

Dan is het feestje bijna ten einde. Ze komt naar me toe en fluistert wat in m’n oor. ‘Nee lieverd, ik denk juist dat het heel leuk is om even wat spelletjes te doen’. En als afsluiting doen we dan toch nog stoelendans, twister en snoephappen. Poeh, dat was op de valreep.

zaterdag 8 mei 2010

Stel nu eens dat ik een 'Ingrid' was......


Gisteren lagen er twee aan mij geadresseerde enveloppen van het Centraal Justitieel Incasso Bureau op de mat. Ik was gelijk op mijn hoede, want een bericht uit hun koker voorspelt doorgaans weinig goeds. En zo ook deze keer. Het betrof maar liefst twee bekeuringen voor te hard rijden langs dezelfde flitspaal. Een keer op de heenweg en een keer op de terugweg.

Ik probeerde me de situatie weer voor de geest te halen. Ik was nogal onaangenaam verrast omdat ik eigenlijk helemaal niet zo’n wegpiraat ben. Maar toen ik zag wat de locatie van mijn overtreding was, wist ik het weer. Het betrof een overgangssituatie van buiten de bebouwde kom naar binnen de bebouwde kom. Daar heb je vaak zo’n stukje ‘niemandsland’. Zo’n stuk rijbaan waar het dan nog niet echt noodzakelijk lijkt om gelijk gas terug te nemen tot 50 km per uur. Zeker niet ’s nachts, als de weg verder totaal verlaten is. Maar een flitspaal kent geen pardon. Beetje discutabel toch, of niet? Ik baal er flink van. Twee bonnen met een gezamenlijke waarde van ruim 100 euro. Ik weet wel duizend leukere dingen om mijn geld aan uit te geven.

Stel nu eens dat ik een ‘Ingrid’ was, dan zou ik nu pas écht kwaad zijn. Tenminste, zo stel ik me dat voor. ‘Hebben die smerissen niks beters te doen, laat ze het echte tuig eens gaan vangen. Mij een beetje met bekeuringen bestoken, en die #%*Marokkaantjes overal maar de straat laten terroriseren. Waar zijn ze in godsnaam mee bezig, die lui?’

En als mijn man een ‘Henk’ was, zou hij me hierin volledig ondersteunen. Sterker nog, hij had er waarschijnlijk nog een schepje bovenop gedaan. ‘En wat denk je van al die Oost-Europeanen dan? Die gedogen ze gewoon. En weet je waarom? Nou? Weet je waarom? Omdat die lui gewoon naar huis rijden en nooit niet meer betalen! En daar draaien wij nu voor op! Tuig dat het is!’

Maar ja mijn man is geen Henk. En ik ben geen Ingrid. Dus mijn man zegt : ‘Stom van je. Echt zondegeld’. En ik? Ik weet dat hij gewoon gelijk heeft. Niet meer en niet minder.

dinsdag 4 mei 2010

Fatima en Ahmed + Henk en Ingrid = Vrijheid?!


Vluchtelingen die, na jaren van onderdrukking, ons land binnenkomen, verbazen zich onder meer over het feit dat wij niet de hele dag lopen te juichen. Als je mag leven in zo’n vrij land, dan kan je toch je geluk niet op? Maar snel zullen ook zij ervaren dat vrijheid went. Tja, dan vier je het nog maar mondjesmaat, op een vaste dag in het jaar. En ik kan me zelfs niet aan de indruk onttrekken dat we op deze Dag van de Vrijheid vooral het feit vieren dat bijna iedereen een dagje vrij heeft.

Wij Nederlanders hebben onze vrijheid hoog in het vaandel staan. En terecht, dat heeft het verleden ons wel doen inzien. We praten er dan ook veel over; hoe ontzettend belangrijk het is te denken en te zeggen wat je zelf wilt. En hoe essentieel het voor je persoonlijke ontwikkeling is, je eigen leven zo in te vullen als jou dat goed lijkt. Vooral tijdens momenten van onenigheid en irritatie zijn wij geneigd vrijheid synoniem te stellen aan het hebben van een eigen mening en deze vrijelijk te moeten uiten.

Stel dat ik mijn nieuwe rockCD achter in de tuin nog wil kunnen horen. Ben ik dan vrij om een flinke draai aan de volumeknop geven, ongeacht wat de buren daarvan zouden kunnen vinden? Het is tenslotte mijn huis, mijn CD en mijn tuin. Heb ik het recht om alle buren de vrijheid om stilte te beleven te ontnemen? Of moet ik toch concessies doen en mijn CD bijvoorbeeld binnenshuis beluisteren?

Je persoonlijke vrijheid grenst altijd weer aan die van anderen. Het kan dus niet anders dan dat je je eigen vrijheid wat zal moeten inperken, om ook anderen ruimte te geven. Maar juist met het gunnen van vrijheid aan de ander loopt het soms stroef. Dat komt onder meer omdat andermans vrijheid niet altijd even hoog wordt gewaardeerd als de eigen vrijheid. Vooral niet als jij vindt dat die ander zijn vrijheid gebruikt om ‘verkeerde’ keuzes te maken.

En dan bedoel ik natuurlijk niet alleen in de tuin, maar ook op politiek of religieus gebied. Vrijheid betekent namelijk ook dat iedereen zelf mag bepalen of hij gelooft in Allah, God, Vishnoe of helemaal in niets. En trouwens, wat stelt vrijheid helemaal voor als een uitgangspunt is dat iedereen zich maar moet aanpassen aan de heersende cultuur?

Met vrijheid is het net als met geluk en gezondheid. We ervaren de waarde ervan pas echt op het moment dat die onder druk komt te staan. En nu blijkt dat wij zelf met z’n allen steeds bezig zijn onze vrijheid op de waagschaal te leggen. En waarom? Omdat we niet kunnen accepteren dat persoonlijke vrijheid ook ergens eindig is? Omdat we soms wat water bij de wijn moeten doen? Omdat we niet meer in staat zijn buiten onszelf te kijken?

Zonder van alles te verbieden via de wet, moeten we toch in staat zijn onze eigen verantwoordelijkheden daarin te kennen en elkaar daar alert op weten te houden. Dat vergt van ons bepaalde vaardigheden, maar vooral een open houding. Leven en laten leven, zo eenvoudig kan het zijn. Wij leven in een vrij land. Er is genoeg gewonnen om uitbundig te kunnen vieren. Elke dag weer. Leven in vrijheid spreekt niet vanzelf. Maar als de Henken en Ingrids, de Sjonnies en Anita’s, de Fatima’s en Ahmeds en de Jannen en Maries elkaar hun vrijheid gunnen, is de vrijheid het best gewaarborgd.