
Het is allemaal een beetje langs me heen gegaan, die hele mediahype over onder- en overgewicht. Af en toe zag ik op tv of in de krant wel dikke mensen of juist graatmagere modellen aan me voorbij komen, maar de berichtgeving rond deze fenomenen deden mij vrij weinig. Met beide doelgroepen voelde ik totaal geen verwantschap.
Tot voor kort dan.
We zitten aan de keukentafel en luiden het weekend vast in met een glaasje wijn.
‘Het begint écht na je veertigste,’, begint vriendin S. sombertjes, ‘Je taille verdwijnt gewoon, niks helpt meer, hè?’. Ik ben gelijk op mijn hoede. Het venijn zit hem in het woordje ‘hè’. Ze herkent in mij blijkbaar een lotgenoot als 'veertiger met de verdwijnende taille'.
Wég weekendgevoel, dit is namelijk een hele ernstige zaak. Als vriendin S. weg is, haast ik mij naar de spiegel en bekijk mezelf kritisch. Tja, ik moet haar gelijk geven, een beetje tenminste. Een zandlopermodel ben ik niet meer. Waar op de rit ben ik dat verloren, of eigenlijk; wanneer en met wat werd dit opgevuld? Ik heb geen idee wat ik ooit woog of nu weeg. Ik heb in mijn hele leven nog nooit een weegschaal in huis gehad, waarom zou ik ook.
Maar de spiegel bedriegt niet, er is meer van mij dan ooit.
Hier moet een goed actieplan op komen met als doel een verantwoord beweeg- en eetpatroon.
Ik sluit mij per direct aan bij de plaatselijke hardloopclub. Na een maand afzien durf ik toe te geven dat het mij niet lukt om in dé loopflow te komen. De endorfinetoevoer, waar de anderen zo hoog van opgeven, zit bij mij duidelijk verstopt. Ik geef het op.
Het verantwoorde eetpatroon houd ik iets langer vol. Ik eet vrijwel geen suikers en vetten, maar juist vooral zuur en bitter, om alles wat slecht is af te breken. Dapper probeer ik mezelf ervan te overtuigen dat yoghurt met grapefruit eigenlijk best een smakelijke combinatie is. Totdat het mensen uit mijn directe omgeving gaat opvallen dat ik er ook zuur van ga kijken. Er zijn grenzen.
Vervolgens probeer ik via de media wat wijzer te worden, maar de berichtgeving is nogal ambivalent. Daar waar de Dove-producent ons wil doen geloven dat zachte rondingen mooi en vrouwelijk zijn, beweert Karl Lagerveld dat niemand bepaald zit te wachten op vrouwen met ronde vormen.
What the hack! Wat vind ik er eigenlijk zelf van. Ik ben niet tenger, maar ook weer niet zwaarlijvig; niet pover, maar ook niet enorm; niet mager, maar ook niet corpulent; niet al te dun, niet al te dik, maar gewoon middelmatig. Daar kan ik goed mee leven. ‘Middelmaat siert de straat’ tenslotte.
‘Je taille verdwijnt gewoon, niks helpt meer, hè?.Ze herkent in mij blijkbaar een deelgenoot van de groep veertigers met de verdwijnende tailles'.
BeantwoordenVerwijderenHoe herkenbaar. En toch, ondanks verdwijnende tailles, dieeten, weegschalen; hier in polder prachtige 'lin cherie'zaak. Niet met figuurcorrigendere attributen maar benutten middelmaat. Feel good = look good, of marketing technisch omgkeerd evenredig retorische vraagstelling?
K
K
Tja, maar ik ben ook behept met een middelmatig salaris ;-(
BeantwoordenVerwijderenDat geniepige woordje 'tenslotte' in 'middelmaat siert de straat tenslotte' dat is net zo veelzeggend als dat woordje ‘hè’ in het begin van het stukje. Alsof het vanzelfsprekend is om middelmaat te zijn. Ook als schrijver ben je hooguit middelmaat als je het erbij laat zitten. Als je het na een maand al opgeeft omdat het niet altijd vanzelf gaat. Omdat de creatieve schrijfendorfinen niet als klaterende beek je inspiratie brengt en je fantasie stimuleert. Er is eigenlijk enorm veel overeenkomst tussen een taille en schrijven. 1% inspiratie en 99% transpiratie.
BeantwoordenVerwijderenAch weet je , alleen een middelmatig mens is altijd op z'n best.
BeantwoordenVerwijderenJa, ja...
BeantwoordenVerwijderen